De Muren van Waten (Watten)

De aarden vesting van de XVIIe eeuw.


Heel het jaar door kan het publiek vrij het bastion van de molen ontdekken. Van hieruit heb je een schitterend panorama op de kustvlakte en de regio van Sint Omaars.

De andere bastions zijn niet open voor publiek maar wel zichtbaar in de omliggende weiden. Een bewegwijzerd pad, Bergpad (Sentier de la Montagne), tussen de stad en de vesting maakt je via panelen duidelijk hoe deze bijzondere vesting en zijn omgeving uitgebouwd werd.

De Fransen wilden het strategische Waten in handen hebben om van hieruit Sint-Omaars aan te vallen.

Dit mislukte en Waten werd terug ingenomen door de troepen van de Spaanse kroon in juni van hetzelfde jaar. Daarop werd een afsluitdijk gebouwd tussen Waten en Sperleke (Eperlecques) waardoor de vlakte van Sint-Omaars helemaal onder water kwam te staan.

In 1644 wordt Waten ingenomen door de Fransen en de jonge koning Lodewijk XIV geeft zijn ingenieur Le Camus de opdracht om er een vesting te bouwen zodat de troepen daar de winter kunnen doorbrengen. Le Camus laat Hollandse bouwvakkers overkomen om de aarden constructie vorm te geven en te bouwen. Grachten (de douves) worden gegraven, bastions worden gebouwd door aarde aan te stampen in plaats van te metselen.

Kleine fortjes moeten de Wattendam beschermen in de buurt van de sluis of de tweede molen. De vesting van Waten was voorzien voor 10 000 man. Er zijn vijf bastions die met elkaar verbonden zijn door een weergang en ook een weg die het Fort van Waten verbindt met het Fort du Bourg (Fort van het stadje) beneden.

Het Fort van Waten wordt twee jaar later verlaten. De frontlinie is opgeschoven richting Noord en dit fort heeft geen betekenis meer.

Nog een jaar later nemen de Vlaamse troepen onder de Spaanse kroon Waten terug in en vernietigen de vesting.

In 1677 zijn de Fransen opnieuw aan zet, zij herstellen de muren. Een jaar later zal het Verdrag van Nijmegen bevestigen dat deze regio in Franse handen blijft.